Je winkelwagen is momenteel leeg!
GENADE
Dit bericht is ook beschikbaar in: English (Engels)
Wat is genade voor mij?
Genade is pardon, gratie, voor zondaars. De Bijbel begint al op de eerste bladzijden met ons te vertellen dat zonde de dood tot gevolg heeft. Zonde is niets anders dan overtreden van de wetten van God (gaat om meer dan de 10 geboden – dat zijn slechts de basisregels – juristen gebruiken het begrip “kaderwet”).
Genade is dus gratie voor wetsovertreders en dit geeft meteen de link aan tussen wet en genade. En doet mij meteen begrijpen dat willen leven in genade buiten de wet onmogelijk is.
De wetenschap en het besef dat God een genadige God is, die graag gratie verleent, is bevrijdend. Want ik weet dat ik ergens naartoe kunt gaan: naar een trouwe en rechtvaardigdige God die mij mijn overtredingen vergeeft als ik oprecht daarom vraag.
Ik begrijp meteen waarom Paulus zegt dat genade de wet niet buitenwerking stelt – het is mijn gehoorzaamheid die de wet buitenwerking stelt, nl. in de zin dat de wet mij niet meer kan terechtwijzen.
Ik begrijp daarom ook meteen waarom Jacobus zegt: toon me je geloof uit je werken – de werken van gehoorzaamheid, want hij voegt eraan toe: wie één breekt, overtreedt allen.
De genade van God werkt niet alleen bevrijdend, maar geeft kracht om overwinnaar te zijn. Namelijk als ik ga beseffen hoeveel die genade Jezus heeft gekost, geeft dat een extra motivatie om mijn uiterste best te doen om te volbrengen wat Zijn liefde van mij vraagt. En elke dag weer kan ik God danken dat ik de dag geleefd hebt op de manier dat Hem welgevallig is – dat ik mezelf en de wereld heb overwonnen, in geloof door geloof.
Dit is genade voor mij.
Velen verwarren Gods geduld mèt ons met genade vóór ons. Dat geeft hen het motief om maar te doen wat ze wensen, “want als ik tot God ga, is Hij genadig”. Maar dat is goedkope genade en een belediging van de Allerhoogste.
Met dat ik het einde zie naderen, ben ik me er steeds meer van bewust dat Gods geduld met deze wereld wel moet opraken. Wij mensen zouden al heel lang geleden de stekker eruit hebben getrokken. En dat besef roept bij mij, in mij steeds meer de vraag op: waar sta jij, Ingrid? en dwingt mij in verwondering en ootmoed tot Hem te gaan en te vragen om kracht om mezelf en mijn zwakke neigingen te overwinnen.
Die kracht ontvangen, is ook genade!